Bij alle vormen van dementie functioneren de hersenen niet meer goed doordat zenuwcellen of verbindingen tussen zenuwcellen kapot gaan. In een versimpelde variant kun je dit als volgt uitleggen. De hersenen bestaan uit miljarden zenuwcellen. Deze zenuwcellen zijn in staat om met elektrische prikkels boodschappen over te brengen aan elkaar. Zo zijn we in staat om te functioneren.
Bij dementie zijn de zenuwcellen niet meer in staat om die elektrische prikkels aan elkaar door te geven. De verbinding gaat verloren. Het begint met het verlies van het overbrengen van boodschappen tussen de zenuwcellen, maar hoe verder de ziekte vordert des te erger de schade wordt. Hersencellen sterven af, waardoor lichamelijke en geestelijke functies verminderen en op den duur verdwijnen. Er zijn nog geen geneesmiddelen die dit kunnen voorkomen of stopzetten. Wel kunnen symptomen (tijdelijk) worden afgeremd.